vrijdag 27 juni 2014

Tafels in een mindmap

Vroeger dreunde de hele klas, elke dag, 'één keer zeven is zeven', net zolang tot iedereen uit de klas de hele tafel kende. En alle tafels kenden. Om ze daarna -voor de zekerheid- weer van begin af aan te herhalen. Dit zorgde ervoor dat ook kinderen waar het automatiseren wat meer tijd kost, de tafels uiteindelijk ook wisten op te dreunen. Tegenwoordig gaat het anders en worden kinderen vriendelijk verzocht de tafels 'even' uit het hoofd te leren, om een tafeldiploma in ontvangst te kunnen nemen. Maar wat is de betekenis van het tafeldiploma als het automatiseren (veel) tijd nodig heeft? 

Toen ik zoonlief laatst tijdens het koken vroeg 'hoeveel is zes keer zeven' kwam er eerst 'wat is dat nou weer voor stomme vraag', gevolgd door '… tweeënveertig'. Dat leek in niets op een antwoordzinnetje uit de serie 'zes keer zeven is tweeënveertig'. Nee zijn vraag was duidelijk bedoeld om een beetje ongemerkt tijd te kopen, om te komen tot het antwoord op mijn vraag. Daarop heb ik gevraagd, hoe hij dit had uitgerekend.
 
Na ‘nou gewoon’, volgde een hele verhandeling over hoe hij zo snel tot het antwoord was gekomen: 
‘Ik heb heus niet even snel zes keer een zeven opgeteld hoor (gelukkig). Eerst heb ik bedacht waar de zes zit. Die zit in de tweede helft van de tafel, dus deed ik tien keer zeven (zeventig) en daar nam ik de helft van (vijfendertig) zodat ik bij vijf keer zeven was (zo zo). En zes is één meer dan vijf, dus heb ik er gewoon nog één zeven bij opgeteld.’ Om direct daarna te vervolgen dat de tafel van zeven wel de lastigste tafel is (daarom vroeg ik daar ook naar). En dat hij van sommige tafels wel een paar antwoorden uit zijn hoofd kent, en, het belangrijkste toch wel, dat hij nu altijd een rekenmachine mag gebruiken. Dat het dus een onzin-vraag was en dat 'de tafels kennen' nergens voor nodig is (sluitende redenering).
 
Blij was ik met zijn 'snelle' strategie, maar jammer vond ik het van al die tijd dat we geoefend hebben voor het tafeldiploma. We hebben de tafels ouderwets opgedreund, we hebben het met speciale tafel-dobbelstenen geoefend, en we hebben de tafels visueel gemaakt in een soort van mindmap, of woordweb.
Een tafel kan namelijk heel goed in een visuele mindmap. Dan zie je hoe je naar het antwoord toe kan hinkelen, vanuit vier startcijfers. Die vier moet je onthouden. Bij de tafel van zeven zijn dat: zeven, eenentwintig, vijfendertig en negenenveertig.
Dat gaf (toen) voldoende houvast om het tafeldiploma te halen en nu te weten dat je op een snelle manier het antwoord kan vinden (als je geen rekenmachine bij de hand hebt).
 

Geen opmerkingen: